Skip to main content

Vondelingen en babylijkjes in Nederland

september 1978, babylijkje meisje, Steenwijk

Leeuwarder Courant, 20 september 1978: "Gemummificeerd lijkje gevonden in Steenwijk"

STEENWIJK - In een schuur bij *en boerderij in Steenwijk hebben spelende kinderen het lijkje van een pasgeboren baby ontdekt. Het lijkje bleek geheel gemummificeerd te zijn. Het was gewikkeld in kranten uit het jaar 1954 en verpakt in een doos. De boerderij staat in een saneringsbuurt en wordt bewoond door slechts één persoon, die geen toegang tot de schuur heeft. Het lijkje is opgezonden naar het gerechtelijk laboratorium in Rijswijk. Een eerste onderzoek wees uit, dat de baby nog geen voedsel tot zich genomen had. De politie kon nog geen verdere inlichtingen verstrekken.

Het Vrije Volk, 20 september 1978: "Mummiebaby gevonden"

STEENWIJK - In een schuur bij een Steenwijkse boerderij hebben spelende kinderen vanmorgen een gemummificeerde baby gevonden. Het lijkje was gewikkeld in kranten uit het Jaar 1954 en verpakt in een doos. De boerderij, die staat in een saneringsbuurt, wordt door één Persoon bewoond, die geen toegang tot de schuur heeft. , Onderzoek wees uit dat de baby nog niet gevoed was voor hij stierf. In het gerechtelijk laboratorium in Rijswijk zal sectie worden verricht

De Telegraaf, 21 september 1978: "Mummi van baby gevonden"

door Wim van Geffen. STEENWUK, donderdag De niet alledaagse vondst van een gemummificeerd babylijkje vormt in het Overijsselse Steenwijk een even groot raadsel voor de plaatselijke bevolking als voor de recherche. Spelende kinderen troffen het aan in een sinds lang niet meer gebruikt stookhok. De baby, een pasgeboren meisje, lag in een kartonnen doos, waarin een label uit 1954 werd gevonden. Dr. J. Zeldenrust heeft in het Gerechtelijk Geneeskundig Laboratorium te Rijswijk aan de voor meer dan de helft vervluchtigde stoffelijke resten niet kunnen vaststellen of de baby om het leven is gebracht, dan wel een natuurlijke dood is gestorven.

Stookhok
Het lijkje lag op de vliering van een stookhok, dat vroeger voor het koken van aardappels voor de varkens werd gebruikt. Het hok hoort bij het onbewoonde deel van een oude boerderij, die in verband met een verkeersplan moet worden gesloopt. De enige overgebleven bewoner heeft met de zaak niets te maken. De in een jute zak gewikkelde kartonnen doos heeft ooit als verpakking van' een straalkacheltje gediend, dat op het deksel is afgebeeld. De label in de doos draagt de datum 17-7- 1954. Deze datum kan een indicatie zijn, maar de onbekende, die de dode baby verstopte, kan even goed de beschikking hebben gehad over een oude doos. De sectie geeft geen enkel uitsluitsel over de periode, waarover het lijkje in het stookhok moet hebben gelegen. Dit kan in theorie variëren van enige maanden tot vele jaren, maar vermoedelijk is dit jaren geweest. Zelfs valt niet na te gaan of de baby levend, dan wel dood is geboren. De vroegere bewoners van de boerderij vormen geen aanknooppunt. Het is trouwens heel goed mogelijk, dat een inwoner van een andere provincie het verlaten stookhok als een ideale bergplaats heeft gezien. De Steenwijkse recherche zal trachten na te gaan, welke toen wellicht ongehuwde moeder met de vondst in verband kan worden gebracht. Tips worden gaarne, desnoods anoniem, ingewacht op 05210-12244.

[fotobijschrift]
Drie jongetjes uit Steenwijk wijzen naar het bok waarin door ben bet gemummificeerd babylijkje werd gevonden.

Nieuwsblad van het Noorden, 23 september 1978: "Politie vermoedt dat zaak verjaard is Gevonden babylijkje in Steenwijk nog raadsel"

(Van een onzer verslaggevers) De politie gaat uiterst voorzichtig te werk in het onderzoek naar de herkomst van het begin deze week door kinderen gevonden babylijkje in een stookhok bij een oude boerderij in het centrum van Steenwijk. De reden hiervoor is het sterke vermoeden dat, indien blijkt dat er sprake is van een misdrijf, deze zaak inmiddels al is verjaard. ~En we willen in dat geval niet nodeloos leed veroorzaken", zegt adjudant T. H. Heylema, waarnemend korpschef van de Steenwijker gemeentepolitie. Zoals gemeld moet de baby (een meisje) jarenlang (de politie spreekt van verscheidene jaren) verstopt zijn geweest, gezien de gemummificeerde toestand waarin het lijkje zich bevindt. Van ontbinding is geen sprake. Volgens de heer Heylema is de verjaringstermijn voor dit soort misdrijven 12 of — afhankelijk van de zwaarte —18 jaar. De baby was verpakt in een kartonnen doos waarop de afbeelding van een straalkachel. Omdat de kinderen de touwen hebben losgemaakt waarmee de doos was dichtgebonden en deze daarna hebben opengemaakt kan de politie alleen meedelen da er in de directe omgeving van de doos een label is gevonden met de datering 17 juli 1954. Van kranten uit die tijd is geen sprake, zegt adjudant Heylema. Verder is er een stuk papier aangetroffen waarop een adres staat, maar hierover wil hij geen nadere uitleg geven. De politie zegt aanwijzingen te hebben dat de doos later dan 17 juli 1954 als opbergplaats voor de baby is gebruikt. Er bestaan overigens nogal wat twijfels of de baby vanaf het begin in het stookhok verborgen is geweest. Door de mummificatie moet worden aangenomen, dat dit alleen kon gebeuren in een erg droge, omgeving en de naaste buren weten te vertellen dat het hok al vele jaren niet meer in gebruik is geweest. ~De wind had er vrij spel, maar ook de regen", vertelt mevrouw Dolstra, die zestien jaar naast de boerderij met het stookhok woont. Haar zoontje is één van de kinderen die de afschuwelijke ontdekking deden. In de loop der jaren hebben diverse jonge gezinnen een gedeelte van de oude boerderij die binnenkort in het kader van de stadssanering wordt afgebroken bewoond. Ze huurden dit van de eigenaar die enige tijd geleden is verhuisd. Maar, zo voegt mervouw Dolstra, er aan toe: „Bij mijn weten is er na een zwangerschap van een jonge buurvrouw ook altijd een nieuw buurkind gekomen. Er is ook nooit sprake geweest van geruchten over een~ "plotseling onderbroken zwangerschap", weet ze nog. De officier van Justitie in Zwolle mr. H. A. Sluijter die het onderzoek leidt heeft nog geen uitslag gekregen van de sectie, die patholoog-anatoom dr. J. Zeldenrust van het Gerechtelijke laboratorium in Rijswijk verricht.

Leeuwarder Courant, 3 oktober 1978: "Babymummie in Steenwijk 21 jaar oud"

STEENWIJK - Het gemummificeerde babylijkje, dat ruim twee weken geleden in een afbraakboerderij in Steenwijk werd gevonden, blijkt naar schatting ongeveer 21 jaar oud te zijn. De baby is kort na de geboorte gestorven, zo blijkt uit een onderzoek dat door de officier van justitie te Zwolle, mr. H. Sluijter is gedaan. Het volledig rapport van het onderzoek is nog niet binnen, maar mr. Sluijter gelooft niet dat er, zo er al sprake is geweest van een strafbaar feit, nog een strafvervolging mogelijk is. Het eventuele misdrijf is namelijk verjaard. Het enige strafbare feit dat op dit moment aantoonbaar is, is dat het kind nimmer als gestorven - en mogelijk ook niet als geboren - is gemeld.