Skip to main content

Vondelingen en babylijkjes in Nederland

24 december 1947, vondeling, Hilversum

De Gooi- en Eemlander, 24 december 1947: "Kind te vondeling gelegd"

HILVERSUM — Vannacht omstreeks kwart over één werd onverwachts gebeld aan de deur van het tehuis voor ongehuwde moeders aan de Beethovenlaan. De zuster, die opendeed, zag een nog jonge vrouw, met een kind, in een deken gehuld, op de arm voor zich. Zij vertelde het kind in de nabijheid te hebben gevonden en vroeg of dit in het tehuis opgenomen kon worden. Waarop de zuster haar naar de politie verwees. Zij zeide echter geen tijd te hebben om dit op zich te nemen, legde de baby in een bloembak bij de ingang en spoedde zich haastig naar een auto, die even verderop wachtte, en direct daarop vertrok. De zuster, verwachtende, dat men toch wel niet zo zorgeloos zou zijn het kind in de bloembak te laten overnachten, wachtte gedurende tien minuten de terugkomst van de dame af en bracht, toen dit niet geschiedde, het kind in huis, waar het voorlopig zal worden verzorgd. Het bleek een baby van een à twee dagen te zijn, goed aangekleed en in de deken gewikkeld. De politie verzoekt een ieder die hieromtrent inlichtingen kan verschaffen, dit onverwijld te doen.

De Tijd, 24 december 1947: "Kind te vondeling gelegd"

Vannacht om half twee deed een verpleegster van het Tehuis voor Ongehuwde Moeders aangifte, dat op de Beethovenlaan te Hilversum een pasgeboren baby te vondeling was gelegd. Te omstreeks kwart over een werd aan bovengenoemd perceel door een onbekende jongedame aangebeld met de boodschap, dat zij een kind gevonden had. Daarop ging zij heen en stapte even werden in een gereedstaande auto. In verband hiermede verzoekt de afdeling recherche al diegenen, die over de auto of het geval in het algemeen inlichtingen kunnen geven, zich te wenden tot de hoofdinspecteur van de recherche.

De Gooi- en Eemlander, 27 december 1947: "Moeder van vondeling opgespoord - Het bleek een vijftienjarig meisje"

HILVERSUM. — Dezer dagen berichtten wij dat er 's nachts onverwachts werd gebeld aan de deur van het tehuis voor ongehuwde moeders aan de Beethovenlaan en een Jonge vrouw een in een deken gehuld pasgeboren kind voor opneming in dit tehuis aanbood. Nadat de zuster opname zonder nadere mededelingen had geweigerd en de jonge vrouw eerst naar de politie had verwezen, had deze de baby in een bloembak gelegd en zich vervolgens in allerijl naar een taxi begeven, die terstond daarop vertrok. Door combinatie van enige gegevens viel het de politie echter niet moeilijk in deze raak klaarheid te brengen. Het te vondeling gelegde kind bleek niet, zoals wij aanvankelijk mededeelden, een of twee dagen, doch slechts enkele uren oud te zijn. De baby moet omstreeks acht uur het levenslicht hebben aanschouwd, waarna de tot voor kort onbekend gebleven jonge vrouw het In de nacht, omstreeks kwart over één, te vondeling heeft gelegd.

De baby blijkt te zijn van een slechts vijftienjarig meisje, woonwagenbewoonster met standplaats Amsterdam. Haar vader had reeds enige tijd vermoeden omtrent de zwangerschap en wenste dat zijn dochter zich onder medisch toezicht zou stellen. Een en ander werd echter door de dochter ten stelligste ontkent, hetgeen de toch al moeilijke situatie nog Ingewikkelder maakte. Een 24-jarlge zuster van de nog Jeugdige moeder meende toen op een even naïeve als verwerpelijke wijze haar medewerking te moeten verlenen, om zo mogelijk alles geheim te houden. Zij verklaarde haar vader, dat haar zuster alleen maar last had van „verhoogde bloeddruk". Voor de rest zorgde zij zelf wel. Zo is zij, enige uren na de geboorte met het kind per taxi naar het voormelde adres gereden. Een en ander geschiedde uiteraard buiten medeweten van de grootvader van de nieuwe wereldburger. De 24-jarige zuster is thans aangehouden en ingesloten.

De Gooi- en Eemlander, 27 februari 1948: "Kind te vondeling gelegd"

HILVERSUM. — Op de avond voor Kerstmis van het vorig jaar werd de directrice van het tehuis „De Hoeksteen" aan de Beethovenlaan op een laat uur uit het bed gebeld. Een bewoonster van het woonwagenkamp stond voor de deur met een pasgeboren kindje, dat haar zus juist ter wereld had gebracht. Zij wilde zich van het kind ontdoen en wilde het in dit tehuis achterlaten. Vanzelfsprekend werd dit niet toegestaan en het meisje werd naar de politie verwezen. „Dan leg ik het op de stoep", had de vreemde bezoekster de directrice toegevoegd en nadat deze de deur gesloten had, zag zij door het raampje, dat de vrouw het kind in een bloembak deponeerde en in de taxi, waarin zij gekomen was, wegreed. Natuurlijk ontfermde de directrice zich toen over de baby De vrouw, die dit kindje van haar zuster aldus te vondeling had gelegd, had zich voor deze daad gisteren voor de Amsterdamse Rechtbank te verantwoorden.
— 't Is een lief kindje, vond de president, mr. Briët, een foto van het corpus delicti bewonderend.
— We moesten het kwijt, deelde de vrouw mee. We zaten verschrikkelijk in de rats. M'n zus is niet getrouwd en...
— Het is een zeer ernstig feit, constateerde de officier van justitie. Er staat een maximum straf van 4½ jaar op. Het pleit nog voor de verdachte, dat ze het kind naar zulk een tehuis heeft gebracht.

De eis luidde tien maanden gevangenisstraf. De Rechtbank wilde nog geen vonnis vellen, maar wenst eerst via een voorlichtingsrapport over de persoon van de vrouw nader te worden ingelicht. En op de publieke tribune zat, belangstellend, de zus, de moeder...